Menu

Op basis van kosteneffectiviteitsstudies nemen beleidsmakers in de gezondheidszorg beslissingen over het invoeren van een nieuwe behandeling. Deze studies geven zowel informatie over de kosten als over de effecten van nieuwe behandelingen (of interventies). Wat de basisprincipes van deze kosteneffectiviteitsstudies zijn, wordt hier uitgelegd aan de hand van een praktisch voorbeeld.

Het EUROPEP-instrument is een gestandaardiseerd instrument, ontwikkeld in een internationale context, waarmee patiënten huisartsgeneeskundige zorg kunnen evalueren. In deze bijdrage wordt onderzocht in welke mate de items uit het EUROPEP-instrument relevant zijn voor patiënten in Vlaanderen, hoe patiënten huisartsgeneeskundige zorg beoordelen en wat de samenhang is tussen kenmerken van de patiënt en de evaluatie die patiënten van de huisartsgeneeskundige zorg maken.

De opinie van de patiënt wordt steeds meer erkend om de kwaliteit van de zorg te beoordelen. Deze beoordeling kan kwaliteitsproblemen aan het licht brengen en suggesties verschaffen voor kwaliteitsverbetering. De (on)tevredenheid van de patiënt is echter niet zo eenvoudig te meten. In de eerste plaats is het concept 'tevredenheid'; vaag omschreven, wat moeilijkheden kan geven bij de interpretatie van de gegevens achteraf. Daarnaast moet een bruikbaar instrument worden gevonden om de (on)tevredenheid te meten en de resultaten achteraf in de praktijk om te zetten.

Toen de Wereldgezondheidsorganisatie in 1990 vijf concrete doelstellingen formuleerde om de verwikkelingen bij niet-insulinedependente diabetes mellitus op te sporen en te beperken, werd daarbij gewezen op de belangrijke rol van de eerstelijnsgezondheidszorg. Hoe kan de huisarts in de praktijk bijdragen om deze doelstellingen te realiseren? Met die vraag in het achterhoofd werd de NHG-standaard voor diabetes aan een kritische analyse onderworpen. Zijn de voorgestelde tests valide en relevant? En vooral, is het beleid dat in deze Nederlandse standaard wordt voorgesteld, haalbaar in de Vlaamse...